*** Dat Lanoye kan schrijven is een understatement. Met Het goddelijke monster, het eerste deel van de Monstertrilogie, zit je goed voor echt leesplezier. Tom Lanoye slaagt erin om de ziel van ‘de Belg’ (Vlaming) bloot te leggen: de Belg (Vlaming) en zijn ‘zwart geld’, de Belg (Vlaming) en de overheid, de Belg (Vlaming) en zijn familie, de Belg (Vlaming) en zijn gesjoemel ... Het is de kroniek van een uiteenvallende familie tegen de achtergrond van een uiteenvallend land. Qua schrijfstijl zit Lanoye zowat tussen Hugo Claus en Jef Geeraerts in. Het verhaal draait rond Katrien die haar Dirk (kan het Vlaamser) –per ongeluk- om het leven heeft gebracht met een jachtgeweer. Dit is trouwens niet het eerste drama dat Katrien veroorzaakt. Hoewel van een goddelijke schoonheid, slaagt Katrien erin om het noodlot steeds weer te verzoeken. Het voorval brengt haar in een staat van lethargie zodat we bij het hele gebeuren vooral de reacties volgen van Katriens zus, haar homofiele broer(s), haar invloedrijke vader, haar corrupte oom, haar babbelzieke tantes ... Haar aan de pillen verslingerde moeder is zo afwezig in haar leven dat zo ook in dit verhaal amper meespeelt. Net als in elke degelijke Vlaamse productie eindigt deel 1 van deze trilogie met een koffietafel. Benieuwd naar deel 2. Wordt vervolgd. |